maandag 14 december 2015

Winter in Vesløs

Vesløs Vejle aan de andere kant van de weg is helemaal ondergelopen door de vele regenbuien van de laatste maanden. Mijn huis heeft nu uitzicht op het water; dunne stammetjes en magere graspollen steken er net bovenuit hier en daar, als het gaat vriezen zal het een fantastisch gezicht zijn. Bij heldere hemel is de enorme plas hardblauw. Duizenden ganzen liggen als lichtbruine vlekjes op een eilandje in de verte. Af en toe draaien ze hun rondes boven de Vejle, luid gakkend, misschien om hun fellow travellers te informeren waar ze bivak hebben gemaakt.

Eigenlijk is dit geen winter, het is eerder stormseizoen. Ongeveer iedere week waait het een paar etmalen zo hard dat de stranden aan de west- en noordkust worden opgevreten en de beken in de stadjes overstromen. Alles loopt onder. En de eigenaren van de ooit allerduurste vakantiehuizen met zeezicht vrezen dat hun villa's binnenkort in de golven verdwijnen. Zo vreemd: als kind droomde ik dat het zeewater tot aan ons huis kwam - het mooie Havhus op een duin bij Henne Strand stond er slecht voor. Soms was de droom helemaal absurd en sloegen de golven tegen de voordeur van het woonhuis in Amsterdam.
Nu gebeuren die dingen echt. En de regeringsleiders zetten onder applaus hun handtekening op pakken papier. Papier is geduldig maar kan wel makkelijk nat worden.

Bij de op een na laatste storm, Gorm, (ze krijgen namen op alfabetische volgorde, de laatste heette Helga) woei een stuk van het plastic dak boven mijn houtvoorraad kapot. Meer dan de helft was nat geworden en de onderste lagen bleven vochtig. Dat is een kleine ramp: het hout gaat roeten in plaats van branden. Gelukkig kwam een vriend met een lading droog hout in de achterbak van zijn 25 jaar oude auto. Dit is een dorp en we helpen elkaar. Tot nu toe heb ik meer hulp ontvangen dan gegeven maar na nieuwjaar zou dat wel eens kunnen veranderen. In het vorig jaar gesloten verzorgingshuis wonen nu ruim honderd vluchtelingen, de meeste uit Syrië, een paar uit Congo. Dat is veel voor een dorp van 350 inwoners. Tot nu toe gaat het goed, erg goed zelfs als je het vergelijkt met de harde lijn van de Deense regering. Ik hoorde van een paar dorpsgenoten dat ze het niet zagen zitten. Maar geprotesteerd heeft niemand.
Als ik naar de rotonde fiets, waar de brugsen ligt, de supermarkt, zie ik vaak een zwarte jongen met een dikke muts op langs de weg rennen. Na een paar keer begonnen we te zwaaien. Een joggende Congolees in het uiterste noordwesten van Europa.

Geen opmerkingen: